Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Besluit Vennootschapsbelasting, pensioenen; uitfasering pensioen in eigen beheer (besluit van 22 maart 2017, nr. 2017-22793)

22 maart 2017
nr. 2017-22793
Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen
De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Dit besluit breidt de werking van artikel 34e, vierde lid, van de Wet Vpb uit. Onder voorwaarden geldt de aftrek ook in reële situaties waarin de actiefpost voor de met de pensioenregeling samenhangende kosten en lasten van toekomstige loon- en prijsontwikkelingen nog niet in een uiterlijk op 20 september 2016 gedane aangifte vennootschapsbelasting is opgenomen.

1. Inleiding

Tijdens de Tweede Kamerbehandeling van het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen is ingegaan op de situatie waarin een eigenbeheerlichaam vóór 20 september 2016 een toegekende pensioenaanspraak heeft verzekerd bij, of een pensioenverplichting heeft overgedragen aan een ander eigenbeheerlichaam (waarbij de betreffende lichamen niet met elkaar zijn gevoegd in een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting), maar deze verzekering of overdracht en de vorming van de actiefpost voor de kosten en lasten van toekomstige loon- en prijsontwikkelingen niet heeft kunnen verwerken in een aangifte vennootschapsbelasting die uiterlijk op 20 september 2016 is gedaan. Ik heb aangegeven goed te keuren dat onder voorwaarden ook voor dergelijke situaties de in het vierde lid van artikel 34e van de Wet Vpb bedoelde aftrek van deze kosten en lasten wordt toegepast.[1]

Bij een verzekering van een toegekende pensioenaanspraak of overdracht van een pensioenverplichting binnen een fiscale eenheid is het niet gebruikelijk om op de geconsolideerde fiscale balans van de fiscale eenheid een actiefpost voor de toekomstige loon- en prijsontwikkelingen te vormen. Een verzekering van een toegekende pensioenaanspraak of overdracht van een pensioenverplichting die heeft plaatsgevonden binnen een fiscale eenheid komt daarom niet in aanmerking voor de goedkeuring.

1.1. Gebruikte begrippen en afkortingen

Eigenbeheerlichaameen lichaam als bedoeld in artikel 19a, eerste lid, onderdelen d of e, van de Wet LB, zoals dat artikel luidde op 31 december 2016
pensioen in eigen beheerdeel van een aanspraak ingevolge een pensioenregeling waarvoor een eigenbeheerlichaam als verzekeraar optreedt
Wet LBWet op de loonbelasting 1964
Wet uitfasering PEBWet uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen
Wet VpbWet op de vennootschapsbelasting 1969
Wet IB 2001Wet inkomstenbelasting 2001

2. Goedkeuring

Voor situaties van eigen beheer waarin:

  • vóór 20 september 2016 een verzekering van een toegekende pensioenaanspraak bij of een overdracht van een pensioenverplichting aan een ander eigenbeheerlichaam heeft plaatsgevonden;
  • door de werking van artikel 8 van de Wet Vpb juncto de artikelen 3.26, 3.27 en 3.28 van de Wet IB 2001 bij het eigenbeheerlichaam dat een toegekende pensioenaanspraak heeft verzekerd bij het andere eigenbeheerlichaam of een pensioenverplichting heeft overgedragen aan het andere eigenbeheerlichaam op de fiscale balans een actiefpost wordt opgenomen voor de met een pensioenregeling samenhangende kosten en lasten van toekomstige loon- en prijsontwikkelingen; en
  • het eigenbeheerlichaam die actiefpost voor de toekomstige loon- en prijsontwikkelingen vanwege het moment waarop het verzekeren van de toegekende pensioenaanspraak of de overdracht van de pensioenverplichting heeft plaatsgevonden nog niet heeft kunnen verwerken in een uiterlijk op 20 september 2016 gedane aangifte vennootschapsbelasting;

keur ik het volgende goed.

Goedkeuring

Onder de volgende vier voorwaarden keur ik goed dat artikel 34e, vierde lid, van de Wet Vpb wordt toegepast op de hiervoor bedoelde reële situaties van eigen beheer.

Voorwaarden

  1. Belanghebbende dient, uiterlijk bij het doen van de aangifte vennootschapsbelasting waarin deze actiefpost is opgenomen, een verzoek met een beroep op deze goedkeuring in bij de inspecteur.
  2. Uit dit verzoek en de bijlagen daarbij dient te blijken:
  3. a) dat vóór 20 september 2016 sprake is geweest van een reële verzekering van een toegekende pensioenaanspraak bij of een reële overdracht van een pensioenverplichting aan een ander eigenbeheerlichaam; en
  4. b) waarom het eigenbeheerlichaam dat de toegekende pensioenaanspraak heeft verzekerd bij het andere eigenbeheerlichaam of de pensioenverplichting heeft overgedragen aan het andere eigenbeheerlichaam deze verzekering of overdracht niet heeft kunnen verwerken in een uiterlijk op 20 september 2016 gedane aangifte vennootschapsbelasting.
  5. Van een reële situatie kan alleen sprake zijn indien het eigenbeheerlichaam waar de pensioenaanspraak is verzekerd of waaraan de pensioenverplichting is overgedragen, vóór 20 september 2016 is opgericht.
  6. Dat sprake is van een reële situatie moet verder blijken uit de vóór 20 september 2016 opgemaakte schriftelijke vastlegging van:
    (i) de tussen de betreffende eigenbeheerlichamen gesloten financieringsovereenkomst,
    (ii) de verzekering van de toegekende pensioenaanspraak of de overdracht van de pensioenverplichting, en
    (iii) het hieraan voorafgaande adviestraject, zoals de berekeningen van de pensioenadviseur.
  7. De verzekering van de toegekende pensioenaanspraak of overdracht van de pensioenverplichting heeft niet plaatsgevonden binnen een fiscale eenheid voor de heffing van de vennootschapsbelasting.
  8. De bij de verzekering van de toegekende pensioenaanspraak of overdracht van de pensioenverplichting gehanteerde premie of koopsom dient te voldoen aan de voorwaarden van onderdeel A.3. van mijn besluit van 3 juli 2008, nr. CPP2008/447M, Stcrt. 2008, 133 (Waarderingsaspecten van pensioenen en lijfrenten).

3. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2017.

Dit besluit wordt in de Staatscourant gepubliceerd.

Den Haag, 22 maart 2017

De Staatssecretaris van Financiën,
namens deze,
J. de Blieck
lid van het managementteam Belastingdienst

[1]) Kamerstukken II 2016/17, 34 662, nr. 5, blz. 8 en 9.

Andere vindplaatsen besluit:

Deel deze pagina