Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Vervallen V&A 05-035 Opname levenslooploon en opbouw van pensioen d.d. 011121

Belangrijk!  Vervallen

Dit V&A is vervallen omdat het overgangsrecht voor levensloopregelingen per 1 januari 2022 is geëindigd.

Dit V&A 05-035 behandelt de vraag of en onder welke voorwaarden het mogelijk is om pensioen op te bouwen tijdens een periode waarin levenslooploon wordt genoten.

Vraag

Mag een werknemer pensioen opbouwen tijdens en over een periode van levensloopverlof? Zo ja, hoe hoog is dan het pensioengevend loon?

Antwoord

Ja, een werknemer mag onder voorwaarden pensioen opbouwen tijdens en over een periode van levensloopverlof.

Pensioengevende diensttijd

In onderdeel 2.2 van het besluit van 11 december 2018, nr. 2018-28514 (Verzamelbesluit pensioenen)  is aangegeven dat perioden van verlof kunnen meetellen als pensioengevende diensttijd zolang de dienstbetrekking in stand blijft. Indien en voorzover de dienstbetrekking tijdens een periode van levensloopverlof in stand blijft, kan een werknemer dus pensioen opbouwen tijdens en over een periode van levensloopverlof. Dit is vanaf 2012 niet anders na het vervallen van artikel 10a, eerste lid, onderdeel a, ten vierde van het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965. Wel dient men rekening te houden met een eventuele deeltijdfactor.

Ook perioden van verlof moeten op grond van artikel 19 van de Wet op de loonbelasting 1964 (Wet LB) (gedeeltelijk) buiten beschouwing blijven als het loon in die periode nihil of anderszins aanzienlijk lager dan gebruikelijk is. In onderdeel 3.6 van het Verzamelbesluit pensioenen is hiervoor tevens een goedkeuring opgenomen. De toepassing van artikel 19 Wet LB blijft achterwege voor perioden van geheel of gedeeltelijk onbetaald verlof voor zover in de verlofperioden geen cumulatie plaatsvindt met:

  • pensioenopbouw in een pensioenregeling bij een eventuele nieuwe werkgever;
  • de vorming van een oudedagsreserve als bedoeld in artikel 3.67 van de Wet IB 2001;
  • deelname aan een beroeps- of bedrijfstakpensioenregeling.

De werkgever zal hiervan via een verklaring van de werknemer op de hoogte moeten blijven.

Pensioengevend loon

Voor het pensioengevend loon tijdens een periode van levensloopverlof geldt het volgende.

Zoals ook is aangegeven in onderdeel 3.6 van het Verzamelbesluit pensioenen mogen werkgever en werknemer (partijen) op grond van de wetsgeschiedenis (Kamerstukken II, 26 020, nr. 3, blz. 30/31) naar keuze uitgaan van het laatstgenoten loon vóór de verlofperiode of het direct na het verlof genoten loon. Dit is ook het geval als het opgenomen levenslooploon lager is.

Let op!  Let op!

Volgens het per 1 januari 2021 aangepaste overgangsrecht voor levensloopregelingen is op 1 november 2021 de waarde in het economisch verkeer van de nog aanwezige levensloopaanspraak, zonder toepassing van de standaardloonheffingskorting, aangemerkt als loon uit tegenwoordige arbeid van de (gewezen) werknemer. Indien de (gewezen) werknemer op 1 januari 2021 61 jaar of ouder was, is de aanspraak echter aangemerkt als loon uit vroegere dienstbetrekking. De uitvoerder van de levensloopregeling is ter zake van dat loon aangewezen als inhoudingsplichtige.

Nu levensloopaanspraken conform het bovenstaande zijn aangemerkt als loon, is het overgangsrecht van artikel 39d Wet LB, en daarmee de inhoud van dit V&A, feitelijk niet meer relevant. Formeel vervalt artikel 39d Wet LB per 1 januari 2022 (zie artikel VIIb van het Belastingplan 2012). Per die datum zal dit V&A ook vervallen.

Deel deze pagina