Vervallen V&A 05-038 Aanspraken ingevolge een verlofspaarregeling en levensloopregeling d.d. 011121
Publicatiedatum 01-11-2021
Vervallen
Dit V&A is vervallen omdat het overgangsrecht voor levensloopregelingen per 1 januari 2022 is geëindigd.
Dit V&A 05-038 behandelt de vraag of de vóór 1 januari 2006 in een regeling voor verlofsparen opgebouwde aanspraken worden aangemerkt als aanspraken ingevolge een levensloopregeling.
Vraag
Worden aanspraken die vóór 1 januari 2006 zijn opgebouwd in een regeling voor verlofsparen aangemerkt als aanspraken ingevolge een levensloopregeling?
Antwoord
Ja. Ingevolge artikel 36a, tweede lid, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden aanspraken die vóór 1 januari 2006 zijn opgebouwd in een regeling voor verlofsparen aangemerkt als aanspraken die zijn opgebouwd ingevolge een levensloopregeling. Voor de vaststelling van de hoogte van de levensloopvoorziening op 1 januari van enig jaar brengt dit met zich mee dat ook de voorziening die is opgebouwd in een verlofspaarregeling meetelt als opgebouwde levensloopvoorziening. Voor zover de opgebouwde verlofaanspraken niet daadwerkelijk worden omgezet in aanspraken ingevolge een levensloopregeling blijft ingevolge artikel 12.4 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 (tekst 2011) voor het overige de wetgeving van toepassing zoals deze luidde op 31 december 2005.
Let op!
Volgens het per 1 januari 2021 aangepaste overgangsrecht voor levensloopregelingen is op 1 november 2021 de waarde in het economisch verkeer van de nog aanwezige levensloopaanspraak, zonder toepassing van de standaardloonheffingskorting, aangemerkt als loon uit tegenwoordige arbeid van de (gewezen) werknemer. Indien de (gewezen) werknemer op 1 januari 2021 61 jaar of ouder was, is de aanspraak echter aangemerkt als loon uit vroegere dienstbetrekking. De uitvoerder van de levensloopregeling is ter zake van dat loon aangewezen als inhoudingsplichtige.
Nu levensloopaanspraken conform het bovenstaande zijn aangemerkt als loon, is het overgangsrecht van artikel 39d Wet LB, en daarmee de inhoud van dit V&A, feitelijk niet meer relevant. Formeel vervalt artikel 39d Wet LB per 1 januari 2022 (zie artikel VIIb van het Belastingplan 2012). Per die datum zal dit V&A ook vervallen.