Vervallen V&A 05-047 Storten in levensloopregeling uit netto loon of privé middelen werknemer d.d. 011121
Publicatiedatum 01-11-2021
Vervallen
Dit V&A is vervallen omdat het overgangsrecht voor levensloopregelingen per 1 januari 2022 is geëindigd.
Dit V&A 05-047 behandelt de vraag of een werknemer uit privé-middelen of uit het nettoloon bedragen kan storten in een levensloopregeling.
Vraag
Kan een werknemer uit privé-middelen of uit het nettoloon bedragen storten in een levensloopregeling?
Antwoord
Nee, dit is niet mogelijk. Elke storting in een levensloopregeling dient te geschieden door inhouding daarvan op het (bruto) fiscale loon. Het totaal van de stortingen per jaar mag – behoudens enige uitzonderingen in de sfeer van het overgangsrecht – ten hoogste 12% van het loon in een kalenderjaar bedragen.
Let op!
Volgens het per 1 januari 2021 aangepaste overgangsrecht voor levensloopregelingen is op 1 november 2021 de waarde in het economisch verkeer van de nog aanwezige levensloopaanspraak, zonder toepassing van de standaardloonheffingskorting, aangemerkt als loon uit tegenwoordige arbeid van de (gewezen) werknemer. Indien de (gewezen) werknemer op 1 januari 2021 61 jaar of ouder was, is de aanspraak echter aangemerkt als loon uit vroegere dienstbetrekking. De uitvoerder van de levensloopregeling is ter zake van dat loon aangewezen als inhoudingsplichtige.
Nu levensloopaanspraken conform het bovenstaande zijn aangemerkt als loon, is het overgangsrecht van artikel 39d Wet LB, en daarmee de inhoud van dit V&A, feitelijk niet meer relevant. Formeel vervalt artikel 39d Wet LB per 1 januari 2022 (zie artikel VIIb van het Belastingplan 2012). Per die datum zal dit V&A ook vervallen.