Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

V&A 08-002 Saldoregeling pensioenuitkeringen zonder fiscale faciliteit opgebouwd in buitenland

Dit V&A 08-002 behandelt de vraag hoe de zogenoemde saldoregeling werkt ingeval van een werknemer die in Nederland woont en pensioen geniet van een Nederlandse pensioenuitvoerder indien dat pensioen gedeeltelijk zonder tegemoetkoming in het buitenland is opgebouwd.

Vraag

Een werknemer woont in Nederland. Hij geniet pensioen van een Nederlandse pensioenuitvoerder. Een deel van dat pensioen is in het buitenland opgebouwd. Hij heeft aldaar geen tegemoetkoming genoten bij de opbouw van het pensioen.

Hoe werkt de zogenoemde saldoregeling in dit geval?

Antwoord

Opmerking vooraf: deze vraag is een uitwerking van onderdeel 2.4 van het besluit van 9 oktober 2015, nr. DGB2015/7010M. Dat besluit bevat een goedkeuring voor toepassing van de zogenoemde saldoregeling. Onderdeel 2.4 gaat over de situatie waarin een werknemer in het buitenland werkt en aldaar zonder fiscale tegemoetkoming pensioen opbouwt dat verzekerd is bij een Nederlandse pensioenuitvoerder én de situatie dat er een waardeoverdracht vanuit het buitenland naar een Nederlandse pensioenuitvoerder plaatsvindt met toepassing van de voorwaarden van onderdeel 2.3 van het besluit. Het antwoord op de vraag hoe de saldoregeling werkt hangt af van het stelsel waarin het pensioen is opgebouwd: een eindloonstelsel, een middelloonstelsel of een beschikbare-premiestelsel. Hierna volgt voor elk van de drie stelsels een uitwerking. De volgende gegevens gelden voor alle uitwerkingen.

Gegevens:

Een (gewezen) werknemer ontvangt vanaf de pensioeningangsdatum een jaarlijkse pensioenuitkering van € 75.000. Het totale bedrag van de toegekende pensioenaanspraken waarvoor hij geen fiscale tegemoetkoming heeft gehad, bedraagt € 125.000. Dit bedrag is gelijk aan de som van:

  • de voor de pensioenopbouw betaalde werkgeverspremies die tijdens de opbouw in het buitenland daadwerkelijk belast zijn geweest en
  • de voor de pensioenopbouw betaalde werknemerspremies die tijdens de opbouw in het buitenland niet tot enige fiscale aftrek hebben geleid.

1. Eindloonregelingen

Als de pensioenregeling een eindloonregeling is, houdt de goedkeuring in dat van elke termijn een deel buiten de loonheffingen blijft. Dat deel is gelijk aan de buitenlandse diensttijd waarin geen fiscale faciliteit is genoten, gedeeld door de totale diensttijd. Deze verdeling wordt jaarlijks toegepast tot in het jaar waarin het totale bedrag dat buiten de heffingen in Nederland is gebleven gelijk wordt aan het totale bedrag waarvoor in het buitenland geen fiscale faciliteit is genoten. Vanaf dat moment worden de pensioentermijnen geheel belast. Op deze wijze wordt alleen het saldo van de pensioentermijnen dat voortvloeit uit niet-gefaciliteerde aanspraken belast.

Voorbeeld

Gegeven is dat de aanspraak is opgebouwd in 30 dienstjaren. Van deze dienstjaren heeft de pensioengenieter 10 doorgebracht in een dienstbetrekking in het buitenland. Hij heeft in die 10 jaren geen fiscale tegemoetkoming gehad bij de opbouw.  

Uitwerking:

Van elke pensioentermijn van € 75.000 is de eerste jaren 1/3e deel (10 gedeeld door 30) ofwel € 25.000 vrijgesteld. Het andere 2/3e deel, dat ziet op de Nederlandse dienstjaren, wordt belast. Deze verdeling loopt door totdat na 5 jaar het totale vrijgestelde bedrag van € 125.000 is bereikt. Vanaf het 6e jaar wordt dus het volledige pensioen in de loonheffingen betrokken.

2. Middelloonregelingen

Bij een middelloonregeling dienen vanaf de pensioeningangsdatum de uitkeringen uit de in het buitenland opgebouwde middelloonaanspraken inclusief de daarop toegepaste indexeringen uit de jaarlijkse pensioenuitkering gehaald te worden.

Voorbeeld

Gegeven is dat het bedrag in de jaarlijkse pensioenuitkering dat voortkomt uit de in het buitenland opgebouwde middelloonaanspraak inclusief de indexatie € 18.750 per jaar bedraagt.  

Uitwerking:

Van elke pensioentermijn is de eerste jaren € 18.750 vrijgesteld. Het andere deel, dat ziet op de in Nederland verworven pensioenrechten, wordt belast. Deze verdeling loopt door totdat na 6 jaar en 8 maanden het totale vrijgestelde bedrag van € 125.000 is bereikt (6 8/12 * € 18.750 = € 125.000). Vanaf dat moment wordt dus het volledige pensioen in de loonheffingen betrokken.

3. Beschikbare-premieregelingen

In een beschikbare-premieregeling is de te hanteren breuk gelijk aan de in het buitenland betaalde, niet-gefaciliteerde premies, gedeeld door het totale bedrag aan betaalde premies.

Voorbeeld

Gegeven is dat de som van alle tijdens de diensttijd betaalde premies € 400.000 bedraagt.

Uitwerking:

Van elke pensioentermijn is de eerste jaren 0,3125 (125.000 gedeeld door 400.000) ofwel € 23.437,50 vrijgesteld. Het andere deel (0,6875), dat ziet op de in Nederland betaalde premies, wordt belast. Deze verdeling loopt door totdat in de loop van het 6e jaar het totale vrijgestelde bedrag van € 125.000 is bereikt. Vanaf dat moment wordt het volledige pensioen in de loonheffingen betrokken.

Deel deze pagina