Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Vervallen Informatie over het overgangsrecht inzake het vervallen van de stamrechtvrijstelling (versie 14 november 2013)

Belangrijk!  Vervallen

Deze informatie is d.d. 17 november 2017 vervallen.

Let op!  Let op!

Onderstaande informatie over afschaffing van de stamrechtvrijstelling en het overgangsrecht moet nog door de Tweede en Eerste Kamer worden goedgekeurd en is daarom onder voorbehoud.

Stamrechtvrijstelling vervalt

Per 1 januari 2014 vervalt de stamrechtvrijstelling. Uw (ex-)werknemer kan er dan niet meer voor kiezen om een onbelaste ontslaguitkering te ontvangen in de vorm van een stamrecht (aanspraak op periodieke uitkeringen). U mag de ontslaguitkering vanaf 2014 alleen nog toekennen in de vorm van een belaste uitkering. Uw werknemer kan geheel 2013 nog gebruik maken van de stamrechtvrijstelling.

Stamrechtvrijstelling onder voorwaarden toch mogelijk bij ontslag in 2014

Hieronder vindt u de voorwaarden die gelden voor vergoedingen voor gederfd of te derven loon welke nog onder de stamrechtvrijstelling vallen.

Ontslag in 2014

Als uw werknemer in 2014 wordt ontslagen gelden de volgende voorwaarden.

  • U moet het ontslag in 2013 hebben aangezegd en de ontslagdatum moet op 31 december 2013 vaststaan.
  • De dienstbetrekking wordt binnen een korte termijn na het vaststellen van de ontslagdatum beëindigd. Van een korte termijn is in ieder geval sprake als het gaat om de wettelijke opzegtermijn. Een wettelijke opzegtermijn kan oplopen tot maximaal een half jaar.
  • U moet vóór 1 januari 2014 een overeenkomst met uw werknemer opmaken en ondertekenen waaruit blijkt dat u aan uw werknemer een aanspraak toekent op periodieke uitkeringen ter vervanging van gederfd of te derven loon, die niet later ingaan dan in het jaar waarin uw werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. Uit de overeenkomst moet ook blijken dat de aanspraak wordt ondergebracht bij een professionele verzekeraar, een stamrecht-bv of bank en dat de stamrechtuitkeringen zijn bestemd voor wettelijk aangewezen begunstigden. U voldoet ook aan deze voorwaarde als u met de werknemer bent overeengekomen dat de ontslaguitkering alleen kan worden aangewend als koopsom van een aanspraak, die voldoet aan de voorwaarden die zijn gesteld in artikel 11, eerste lid, onderdeel g, of artikel 11a van de Wet op de loonbelasting 1964.
  • Uw werknemer gebruikt alleen een uitkering ter vervanging van gederfd of te derven loon voor het aankopen van een stamrecht. Een (na)betaling van loon, vakantiegeld, tantième of gratificatie is geen uitkering ter vervanging van gederfd of te derven loon. Op deze betalingen kunt u de stamrechtvrijstelling niet toepassen. De (na)betaling is belast loon van de werknemer.

Overgangsrecht voor op 31 december 2013 bestaande stamrechten

Voor op 31 december 2013 bestaande stamrechten geldt overgangsrecht. Voor deze stamrechten blijven de regels gelden zoals deze op 31 december 2013 waren. De voorwaarde dat het stamrecht in periodieke termijnen uitgekeerd moet worden vervalt. Het stamrecht mag vanaf 1 januari 2014 ook in een keer worden opgenomen. Er is dan geen revisierente verschuldigd. Bestaande stamrechten kunnen dus onder de huidige voorwaarden worden voortgezet. Het overgangsrecht geldt ook voor stamrechten waarbij het ontslag plaatsvindt in 2014 en voldaan wordt aan de hierboven beschreven voorwaarden.

Ter stimulering van opname in 2014 geldt voor dat jaar een bijzondere regeling. Als uw (ex-)werknemer in 2014 de volledige waarde in het economische verkeer van het stamrecht in een keer laat uitbetalen, wordt 80% van dit bedrag in de belastingheffing betrokken. Deze faciliteit geldt alleen voor stamrechten waarvan u de verschuldigde ontslaguitkering vóór 15 november 2013 heeft overgemaakt naar de professionele verzekeraar, stamrecht-bv, de uitvoerder van het bankspaarproduct of, indien het stamrecht in eigen beheer wordt gehouden, de werkgever zich voor 15 november verplicht als verzekeraar te zullen optreden.

(Versie 14 november 2013)

Deel deze pagina

Op deze pagina